dag 110 – 59 km
Sens – La Croix en Brie
Terwijl we van ons verblijf in Chuelles naar Sens rijden bespreken we de planning van de dag. Sanne fietst met mij mee en Richard rijdt de auto. Daan rijdt eerst met Richard mee en fietst later met ons mee. Als we Sens uitfietsen is het landschap gelijk wat je verwacht van het Noord-Franse Landschap. Lange glooiende hellingen, verre zichten en traag slingerende wegen zonder bomen. De herfsttinten dienen zich nu echt aan, de mais wordt al flink bruin aan de onderzijde. En zo fietsen we van rustiek dorpje naar dorpje. Het is overal vrij rustig. In Courlon sur Yonne treffen we de burgermeester voor de Marie, Christina Rangdet. Ze vertelt dat het dorp twaalfhonderd inwoners heeft en een grote kerk uit elfhonderd, die we even binnenlopen, je voelt de lange tijd. Ook vertelt ze dat het een uurtje van Parijs is en dat daardoor haar dorp, dat langs de rivier de Yonne ligt, in trek is. Wat een toeval toch weer, de meeste gemeentehuizen zitten dicht en zij is de eerste die we tegenkomen als we hier langsrijden. Dat gebeurt ook verderop in Meigneux, waar we de enthousiaste burgermeester, Veronique Samson, treffen in het secretariaat van de gemeente. Ze neemt ons zelfs een interview af zodat de dorpsjournalist daar een verhaal van kan maken. Mooi toch. Ook in het dorpje Donnemarie zetten we twee boompjes bij de Marie, waar het alarm afgaat als een medewerker het gemeentehuis binnen wil gaan. In de middag is het weer lekker en boven de twintig graden, vanochtend was het fris met een windje uit het noorden. Tegenwind dus. Het is al drie uur als we een broodje eten in het gras langs de weg, tien kilometer voor het eindpunt, het gemeentehuis in La Croix en Brie. Daar parkeren we rond vijf uur de boomfiets naast de kerk en het gemeentehuis. Alle boompjes die op de boomfiets stonden zijn uitgedeeld vandaag. We rijden terug naar onze blokhut in het bos in Chuelles, doen onderweg inkopen en zijn rond zeven uur daar. Sanne kookt een heerlijke risotto, Richard en Daan leggen de accu’s aan de opladers en ik begin aan dit verslag. En zo zijn we toch bijna ter hoogte van Parijs aangeland, even ten Zuid-Oosten, nog maar tachtig kilometer tot het hart van Parijs. Wat gaat het snel.